The Competence Company op LinkedIn
U bevindt zich hier:  Home - Coaching - Vormen van coaching - Teamcoaching

Teamcoaching

Bij teamcoaching gaat het om het effectiever en efficiënter inzetten van de kwaliteiten van het team als geheel en de individuele teamleden in relatie tot de ondernemingsdoelstellingen.
 
Uitgangspunt van teamcoaching is de taakvolwassenheid, de M(aturity)-fase van het team en op welke competenties dient te worden gecoacht. Deze fases zijn als volgt te onderscheiden:
   
M1 fase: forming
Kenmerken: losse individuen, afhankelijkheid van de leidinggevende, nog geen hechting, weinig emotionele binding.
Medewerkers: doen wat er van ze verwacht wordt, stellen zich afwachtend op, luisteren slecht, komen afspraken slecht na, tonen geen initiatieven,  klagen, geven andere de schuld, feedback wordt als bedreigend ervaren, gevoelig voor status en expertise. De aandacht is vooral gericht op de leiding­gevende. In deze fase is het cruciaal dat hij/zij de autoriteit uitstraalt die de teamleden van hem/haar verwachten.
Coachen op: inhoud, procedures en vaardigheden om de neuzen één kant op te krijgen.
Trefwoorden: binding creëren en stroomlijnen t.a.v. teamdoelstellingen, inhoud en procedures van het werk.
Competenties: leren luisteren, feitelijke afspraken maken en nakomen, omgaan met feedback, verschil leren tussen willen en moeten, tussen vragen en je mening geven.
 
M2 fase: storming
Kenmerken: groep, tegenafhankelijkheid, subgroepjes, wisselvallige binding (nog geen collectief).
Medewerkers: vormen subgroepjes, wijzen naar elkaar, niet alleen naar de leidinggevende, beschuldigen elkaar, luisteren beter naar elkaar, proberen afstemming te vinden over de taak, beginnen conflicten te krijgen, praten over elkaar in plaats van met elkaar, leren elkaar feedback te geven, leergierig, vragen waarom de leidinggevende zoveel afwezig is.
Coachen op: doelen en resultaten helder houden, inhoud van proces onder­scheiden, denken in mogelijkheden, team verantwoordelijkheid laten hebben en houden, groep afspraken laten maken over hoe ze met elkaar om willen gaan, themabesprekingen organiseren over bijvoorbeeld klantgerichtheid, resultaten en inspanningen.
Trefwoorden: samenwerking en resultaatverantwoordelijkheid.
Competenties: samenwerken, leren feedback geven, vragen en ontvangen, onderhandelen met elkaar, conflicthantering.
 
M3 fase: norming
Kenmerken: gesloten team (ten opzichte van de rest van de organisatie), onafhankelijkheid, meer intimiteit, verantwoordelijk voor elkaar en voor het gezamenlijk doel, moeilijk binnen te komen als nieuw teamlid.
Medewerkers: zijn trots op elkaar, leren van elkaar, nemen verantwoordelijkheid voor eigen handelingen en accepteren de consequenties hiervan, geven elkaar gevraagd en ongevraagd feedback, zijn ontwikkelingsgericht (in plaats van beoordelings­gericht), relativeren zaken en vertonen humor, denken en handelen proactief, zijn creatief, vangen verschillen tussen teamleden intern op.
Coachen op: interactie, team verantwoordelijkheid laten nemen en houden, coachen op blokkerende opvattingen, team alert houden ten aanzien van het vermijden van conflicten, team uitdagen en confronteren, uitdiepen van thema’s, buiten kaders laten denken, coachen op organisatiebelangen.
Trefwoorden: zelfstandig, samenwerkend en resultaatverantwoordelijkheid.
Competenties: inhoud, procedure en proces, interactie, samenwerking op hoog niveau houden, feedback vanzelfsprekend houden, buiten kaders denken.
Let op: dreamteam versus regressief M3 team.
 
M4 fase: performing
Kenmerken: open team, de relatie met omgeving wordt aangegaan, wederzijds verbonden, tijdelijk bij elkaar, verantwoordelijk met oog op de toekomst.
Medewerkers: blijven open staan voor verbeteringen, kunnen ‘helicopterview’ toepassen, werken teamoverstijgend, open voor nieuwe teamleden, kunnen afhankelijk optreden, maar houden rekening met anderen, gaan uit van onderling vertrouwen, werken samen met anderen en ondersteunen anderen, realiseren samen uitdagende doelen.
Coachen op: de coachvraag van het team, nieuwe kaders aandragen om de denkpatronen te prikkelen, cultuurverschillen (tussen afdelingen, organisaties), identiteit van het team op de hak nemen om beweging te krijgen, zowel inhoudelijke als procesinterventies, loslaten.
Trefwoorden: mentaal sterk team, stevigheid in gedrag, opvattingen en identiteit.
Competenties: vanzelfsprekende zorg voor inhoud, procedure en proces, interactie, samenwerking tussen afdelingen.
Teamvorming is in de visie van Tuckman geen lineair proces, waarin de fasen successievelijk worden doorlopen. Door allerlei factoren (een nieuw teamlid, een managementdecreet) kan een goed functionerend team weer terugvallen in een vorige fase. Soms zijn de verschillen zó groot of de voorwaarden zo slecht dat het team de M4 fase niet eens bereikt.